menu
Tentoonstelling — Schilderkunst

Les Fleurs du Mal – Natasja Kensmil

Datum:
25 maart t/m 13 mei 2023
Deelnemer:
→ andriesse ~ eyck galerie
Leliegracht 47
1016 GT Amsterdam
Open:
  • woensdag 13:00—18:00
  • donderdag 13:00—18:00
  • vrijdag 13:00—18:00
  • zaterdag 13:00—18:00
Admission
With ticket
Vandaag open van 13:00 tot 18:00

In the end, a painting must comprise layers of accumulated images, added together to create a new image … It is a process of redigesting material and ideas.
– Natasja Kensmil

Met trots presenteert andriesse ~ eyck de solotentoonstelling Les Fleurs du Mal met nieuwe schilderijen van Natasja Kensmil.

Kunsthistorische beelden en iconografische tradities vormen een belangrijk referentiekader in Natasja Kensmil’s werk. Schilderen is voor Kensmil een manier om kritisch naar het verleden en naar de geschiedschrijving te kijken. Gefascineerd door het verborgene en raadselachtige, ontrafelt ze al schilderend de mythes en clichés rondom thema’s als macht, onderdrukking, oorlog en verlies die in deze historische afbeeldingen zijn verankerd. Haar schilderijen brengen een kritische nieuwe laag aan in ons collectieve geheugen, waarmee vastgeklonken beeldvorming wordt uitgedaagd en een andere richting wordt gegeven. Zo ook in haar nieuwe serie schilderijen Les Fleurs du Mal.

Het centrale motief in de serie Les Fleurs du Mal is de klassieke figuur van het liggend naakt. Een bekende variant op dit thema, en een favoriet onderwerp in de 19e -eeuwse westerse schilderkunst is de odalisk, de verleidelijk lonkende oosterse slavin die languit op een divan ligt. Ingres schilderde in 1814 zijn La Grande Odalisque, en zo deden later Manet en Matisse. De naakte lichamen van de modellen werden in het schildersatelier gekneed naar het mannelijke schoonheidsideaal. Het stereotype en geseksualiseerde beeld van de odalisk was niet alleen het product van de erotiserende male gaze, maar ook van de exotiserende western gaze.

Met Odalisk, Muze, en Mythe, de drie grote schilderijen die de kern van de tentoonstelling vormen, brengt Kensmil een ode aan de eeuwenoude traditie van het vrouwelijk naakt. Echter, Kensmil’s naakte vrouwen zijn niet erotiserend en belichamen geen mannelijk schoonheidsideaal; haar lichamen ogen kil, koud, stijf en doods. De schilderijen worden vergezeld van stillevens met bloemen, het klassieke 17e -eeuws Vanitas symbool dat de kijker herinnerde aan zijn sterfelijkheid en vergankelijkheid. De combinatie van liggend naakt en bloem opent een scala aan mogelijke interpretaties rondom de status van het vrouwelijk lichaam vandaag de dag. Maar, zo stelt de kunstenaar, de bloemen uit de Vanitas schilderijen waren vaak exotische exemplaren afkomstig uit de koloniën, symbool van status en rijkdom, en refereren dus ook aan de uitbuiting en misstanden uit de koloniale geschiedenis van Nederland.

De titel van de tentoonstelling Les Fleurs du Mal is ontleend aan de belangrijke dichtbundel van Charles Baudelaire (1821-1867) waarin de Franse dichter reflecteert op de schoonheid van het kwaad en op andere dualiteiten die de mens en de wereld om hem heen kenmerken. Ook in Kensmil’s tentoonstelling – en in haar kunstenaarschap als zodanig – zijn dit dualisme en de ambivalentie van onze blik op de (kunst)geschiedenis terugkerende thema’s.

Natasja Kensmil (Amsterdam, 1973) studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie en aan de Ateliers in Amsterdam. Zij heeft verschillende solotentoonstellingen op haar naam staan waaronder Natasja Kensmil en/and Sadik Kwaish Alfraji, Kunsthal KAdE, Amersfoort (2021) , Monument der Regentessen / Monument of Regents, Amsterdam Museum in Hermitage Amsterdam (2020), Gospel Walkers, andriesse~eyck galerie (2016) en Crying Light, Gallagher Gallery, Royal Hibernian Academy, Dublin (2013). Haar tekeningen en schilderijen waren te zien in belangrijke nationale en internationale groepstentoonstellingen zoals Icons, Friesmuseum Leeuwarden (2021); My whole body changed into something else, Stevenson, Kaapstad (2021), In the Presence of Absence, Stedelijk Museum Amsterdam (2020); Vrijheid: de vijftig Nederlandse kernkunstwerken vanaf 1968, Museum de Fundatie, Zwolle (2019), en No Man’s Land: Woman Artists from the Rubell Family Collection, National Museum of Women in the Arts, Miami US (2016).
   
In 2021 ontving Kensmil voor haar oeuvre de Johannes Vermeer Prijs, de Nederlandse staatsprijs voor de kunsten. Haar werk is opgenomen in de collecties van belangrijke musea, waaronder Stedelijk Museum Amsterdam; Amsterdam Museum; Dordrechts Museum en het Centraal Museum Utrecht, en in internationale privéverzamelingen zoals de Rubell Family Collection in Miami, US.